Hevige bommenregen in Dale –
donderdag 8 februari 1945

Anna Hogenkamp – 22 jaar
RK begraafplaats Piet Heinstraat, vak nr. A13

Herman Hogenkamp – 15 jaar
RK Begraafplaats Piet Heinstraat, vak nr. A13

Jozef Hogenkamp – 6 jaar
RK Begraafplaats Piet Heinstraat, vak nr. A13

Arie te Grootenhuis – 12 jaar
Oude begraafplaats, Varsseveldsestraatweg, grafnr. 68

Teun te Grootenhuis – 10 jaar
Oude begraafplaats, Varsseveldsestraatweg, grafnr. 68

Hendrik Stronks – 33 jaar
Oude begraafplaats, Varsseveldsestraatweg, grafnr. 570

Gerrit Stronks – 26 jaar
Oude begraafplaats, Varsseveldsestraatweg, grafnr. 570

Joop de Rhoon – 18 jaar
Oude begraafplaats Berkenhove, grafnr. 370

Mink van der Harst – 25 jaar
Oude begraafplaats Berkenhove, grafnr. 371

Gerrit Brus – 62 jaar
Oude begraafplaats Berkenhove, grafnr. 372

Sientje Brus-Stronks – 63 jaar
Oude begraafplaats Berkenhove, grafnr. 372

Drieëndertig B-26 Marauders bommenwerpers laten deze dag hun dodelijke last vallen boven de Elshoek en het Grevink in Dale. Het heeft verschrikkelijke gevolgen. Enkele boerderijen krijgen voltreffers.
De honderden splinterbommen zaaien dood en verderf. De vele splinters vliegen horizontaal over de grond en menig mens en dier worden door de scherven getroffen.
Het is een schokkend en bizar tafereel. Een kakofonie van onmenselijk schreeuwen en brullen van mens en dier in angst en doodsnood.
Overal liggen uiteengereten paarden, koeien, schapen, kippen en ganzen.
Sommigen dieren leven nog en moeten ter plekke afgemaakt woorden.

Alle dokters, verpleegsters en hulpdiensten worden naar de onheilsplek gedirigeerd.
Gewonden ter plekke in de modder behandeld. Op ladders, handkarren en paard en wagen worden de gewonden naar Huize Avondvrede aan de Hogestraat gebracht. Van daaruit worden de zwaar gewonden naar het noodhospitaal in Harreveld getransporteerd.

Naast de vele gewonden zijn er ook veel doden te betreuren. Uiteindelijk kost dit bombardement 11 mensen het leven en verscheidene mensen raken voor het leven gehandicapt.

In de keuken van boerderij ’t Olde Nooitgedacht van Neerhof wordt onderduiker Joop de Rhoon, (18 jaar) uit Rotterdam dood aangetroffen. Bij boerderij ‘de Gliewe’ waar de familie Hogenkamp woont, komen dochter Anna (22 jaar) en de zonen Herman (15 jaar) en Jozef (6 jaar) om. Een half jaar eerder overleed zoon Johan (17 jaar) aan difterie.

Boerderij ‘Beekenhuus’ van de familie te Grootenhuis is totaal verwoest. Vier slachtoffers zijn daar te betreuren: het zijn de kinderen Arie (12 jaar) en Teun (10 jaar) te Grootenhuis en de broers Hendrik (33 jaar) en Gerrit (26 jaar) Stronks die er ondergedoken zitten. Mink van der Harst, (25 jaar) afkomstig uit Scheveningen en onderduiker bij Eppink van boerderij ’t Nooitgedacht, is buiten dodelijk getroffen door granaatsplinters. De boerderij van Brus wordt ook getroffen. Gerrit overlijdt direct en zijn vrouw Sientje Brus-Stronks sterft enkele dagen later in het noodhospitaal in Harreveld.

Bronnen:
Als ik ze maar eens weer kon zien (Hans de Beukelaer)
Aalten in Oorlogstijd (J.G. ter Horst)
Er op of er onder (G.W. Vaags)
Oorlogsdagboek (Peter van Essen)
Interview Karel Aversteeg (Louis Veldhuis en Gerrit Nijman)
© Collectie Nationaal Onderduikmuseum Aalten