Hulp aan dwangarbeiders

Op een late avond in december 1944 kloppen twee uitgeputte, haveloze mannen aan bij een huis in het dorp Megchelen. Ze vragen om hulp en eten en vertellen dat ze uit kamp Rees zijn ontsnapt. Dit kamp is door de Duitsers ingericht voor arbeiders die tankgrachten moeten graven langs de Rijnoever, bedoeld om de opmars van de geallieerden te vertragen.

Dwangarbeid na razzia’s
Om voldoende mankracht te verzamelen, houden de Duitsers in november en december 1944 razzia’s in Nederlandse steden zoals Haarlem, Den Haag, Apeldoorn en vooral Rotterdam. Veel mannen worden afgevoerd naar Duitse werkkampen, waar ze onder erbarmelijke omstandigheden zwaar werk moeten verrichten. In kamp Rees betekent dat werken in een dakpannenfabriek.

Hulp uit Megchelen
De eerste vluchtelingen uit kamp Rees doen de inwoners van Megchelen beseffen hoe slecht de omstandigheden in het kamp zijn. Een groep jonge mannen uit het dorp besluit in actie te komen en maakt contact met de dwangarbeiders. In het holst van de nacht begeleiden ze hen over de grens naar Megchelen. Daar krijgen de uitgeputte arbeiders eten, kleding en onderdak van de dorpsbewoners, totdat ze weer verder kunnen trekken.

Hulp ondanks groot gevaar
Ondanks de strenge bewaking van het kamp en de zware straffen op hulp aan gevangenen, slagen omwonenden erin om voedsel en kleding naar het kamp te smokkelen. In Megchelen en de omliggende regio worden in de laatste Oorlogswinter meer dan 1700 gevluchte dwangarbeiders opgevangen en verzorgd.

Herdenking van de vluchtelingen
Elk jaar, op de tweede zondag in maart, wordt een herdenkingstocht gehouden van Rees naar Megchelen. Daarnaast is er een vaste wandelroute tussen beide plaatsen, waarop de Geschiedenis van deze ontsnappingen wordt verteld.

Noodziekenhuis Mechelen
Gered als dwangarbeider uit kamp Rees in het Noodhospitaal in Harreveld

Gered als dwangarbeider uit kamp Rees in het Noodhospitaal in Harreveld

De Moezeköttel

Megchelen is op 28 maart 1945 het eerste dorp boven de grote rivieren dat door de geallieerden wordt bevrijd. Dat brengt niet alleen vreugde, maar gaat ook gepaard met veel verdriet door de vele gewonden en slachtoffers. Er sneuvelen 30 Canadese en 120 Duitse soldaten, terwijl onder de burgerbevolking 8 slachtoffers te betreuren zijn.

Verwoesting en wederopbouw
Als op 1 april 1945 de kruitdampen boven Megchelen optrekken, blijkt dat de helft van het dorp in puin ligt. Nood breekt wet; mensen moeten kunnen wonen en slapen. Bewoners die huis en haard verloren hebben, vinden een onderkomen in provisorisch tot woning omgetoverde kippenhokken, kelders, vee- of varkensstallen, schuurtjes of een half huis, waarvan de andere helft is weggevaagd.

Noodwoningen en ‘De Moezeköttel’
Met frisse moed worden tal van noodwoningen gebouwd met de aanwezige puinresten. Alleen al in Megchelen, dat dan circa 500 inwoners telt, worden 71 noodbehuizingen geplaatst. Bijna al die noodwoningen zijn inmiddels verdwenen, op één piepklein exemplaar na: ‘De Moezeköttel’. De naam verwijst naar de kleine omvang, maar het huisje – uiteraard groter dan een muizenkeutel – is nu een museum.

Historisch erfgoed en herdenking
De Historische Vereniging Gendringen en Stichting De Moezeköttel dragen op deze plek zorg voor het doorvertellen van de verhalen over wat er is gebeurd en hoe kostbaar vrijheid is. Bovendien is het een pleisterplaats voor grensoverstijgende fiets- en wandelroutes. In de naastgelegen kapschuur kunnen bezoekers terecht voor een kopje koffie of thee en zijn films op een groot scherm te bekijken.

Meer informatie: https://moezekottel.nl

De Moezekottel
De Moezekottel

Opdat wij niet vergeten (OWNV)

In 2022 is onder grote belangstelling het monument ‘Opdat Wij Niet Vergeten’ onthuld. Dit gedenkteken herinnert aan meer dan 500 oorlogsslachtoffers – zowel burgers als militairen – uit de voormalige gemeenten Gendringen en Wisch, die tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn omgekomen. Het monument eert ook inwoners die elders om het leven kwamen, zoals dwangarbeiders in werkkampen en soldaten die sneuvelden, bijvoorbeeld op de Grebbeberg.

Symboliek van het monument
Op de achtergrond van het monument is de Grotestraat in Gendringen afgebeeld, zoals die eruitzag tijdens de bevrijding in maart 1945. Rechtsboven is een Lancaster-bommenwerper te zien, terwijl op de voorgrond een Canadese soldaat staat.

Locatie met historische betekenis
Het monument staat in het Gedenk- en Wandelpark ’t Olde Kerkhof, op de hoek van de Walseweg en de Wiekenseweg. Deze locatie is zorgvuldig met de gemeente Oude IJsselstreek gekozen, omdat de Canadese bevrijders via de Walseweg Gendringen binnentrokken. Luitenant-kolonel Jacques Alfred Dextraze kon op 30 maart 1945 melden dat Gendringen was bevrijd.

Herinnering levend houden
Naast het monument is er het uitgebreide boek ‘Opdat Wij Niet Vergeten’, waarin de verhalen van de slachtoffers worden verteld, zodat de geschiedenis niet verloren gaat. Op de website is ook een serie video’s te vinden onder de titel ‘Oorlog boven de gemeente Oude IJsselstreek’, waarin wordt ingegaan op vliegtuigcrashes in de regio.

Meer lezen: https://www.ownv.nl/over-ownv-p7212-nl.html

Luitenant-kolonel Jacques Alfred Dextraze

Luitenant-kolonel Jacques Alfred Dextraze

Opdat wij niet vergeten

De 46 van Rademakersbroek

Op de ochtend van 2 maart 1945 rond 8 uur ‘s ochtends, vier weken voor de bevrijding, worden 46 mannen geëxecuteerd op een akker aan het Rademakersbroek nij Varsseveld. De jongste is 18 jaar, de oudste 65. De executie is een vergeldingsactie: vlakbij vonden de Duitsers eerder vier vermoorde militairen in een opgeblazen auto, het werk van verzetsgroep De Bark.

Een gruwelijke vergelding
Op de zandweg naast de boerderij staat een gesloten vrachtwagen, waar aan de achterkant gevangenen uitspringen, de handen geboeid op de rug. Rondom hen wemelt het van de Duitse en Hollandse SS’ers. Er staan militaire auto’s, motoren en twee vrachtwagens vol Duitse soldaten: het executiepeloton.

De groep wordt het nog winterse tarweveld achter de boerderij opgedreven en in drie rijen opgesteld, schuin achter elkaar, met hun rug naar de boerderij. Een Duitse militair leest het doodsvonnis, dat een Nederlander vervolgens vertaalt. Dan klinken de karabijnen van het executiepeloton. Met het eerste salvo wordt het oostelijke deel van de groep in de rug geschoten en valt voorover. Met het tweede salvo de andere helft.

Blijvend verdriet en herinnering
De executie laat diepe sporen na bij de families: (zwangere) vrouwen, kinderen, ouders en broers en zussen. Ook voor volgende generaties blijft dit drama traumatisch.
In 1949 wordt op deze plek een oorlogsmonument opgericht. Jaarlijks worden de slachtoffers hier herdacht, samen met hun nazaten en getuigen van het drama. Het monument draagt 46 namen en een glazen stolp gevuld met graan, geoogst van de akker waar de mannen werden geëxecuteerd.
Drie reliëfs – een kruis, een anker en een hart – symboliseren Geloof, Hoop en Liefde. De tekst op de gedenksteen luidt:

“Warm bloed doordrenkt onze velden. En rijper rijpte hier ‘t graan. O, mocht uit het offer dier helden zulk een oogst van vrijheid ontstaan!”

Onderzoek en documentatie
Het Nationaal Onderduikmuseum deed uitgebreid onderzoek naar de fusillade. In 2022 bracht het museum een expositie uit en werkte het mee aan een documentaire, die op 4 mei 2023 werd uitgezonden door de NPO.

Meer lezen en zien:
https://de46vanhetrademakersbroek.nl
https://oorlogsgravenstichting.nl

Monument Rademakersbroek
Monument Rademakersbroek