De razzia in 1943
Istvan Balint en Mien Zion uit Eibergen gaan snel na hun ondertrouw op 24 augustus 1942 onderduiken. Vanuit het geloof was er de overtuiging dat wij elkaar moeten steunen om samen te kunnen overleven in donkere tijden van gruwelijke onderdrukking. Mien vindt zo onderdak bij dominee Koers en Istvan op de boerderij van de familie Kottelenberg in Neede. Ook Mien’s broer Juul, en vanaf januari 1943 haar zus Johanna en haar baby Maxje, zijn daar.
Tijdens de razzia in Eibergen op 28 maart 1943, zijn ook zij verraden. Istvan, Johanna en de twee maanden oude baby worden opgepakt en afgevoerd via Westerbork naar Sobibor, waar ze op 13 april 1943 worden vermoord. Alleen Juul ontsnapt via de tunnel die onder de keukentafel naar het kippenhok is gegraven. Hij vindt tot het einde van de oorlog een veilige onderduikplaats bij de familie Mateman in Eibergen, samen met zijn zussen Mien en Frieda.

Het huis van de Kottelenbergs, nu Berendsen, aan de Stobbesteeg Noordijk/Neede. Aan de rechterkant was het gedeelte waar de familie Zion verbleef.
Foto J. Seebus
Vrijheidsbos
Een bijzonder stukje bos in Geesteren. Een plek om te herdenken, genieten, recreëren en van te leren. Dat is het Vrijheidsbos Geesteren.
Een levend monument
In dit nieuwe bos zijn in 2021 twaalf bomen gepland voor de twaalf oorlogsslachtoffers van de Tweede Wereldoorlog van Geesteren. De bomen zijn een levend monument voor de joodse familie Meijers, Antonia Tichelman-Geerdink, Co van den Brink, Jan Westra, Gerrit Hiddink, Jaap Rijsdijk en Jantje Esselink. Het in 2020 gestarte Vrijheidsbos heeft ook een individuele herdenkingsfunctie: Iedereen kan een eigen gedenkboom kopen en planten. Zo groeit het bos uit tot een betekenisvolle en inspirerende plek voor iedereen.
Een plek om te herdenken en leren
Stichting Vrijheidsbos stelt gratis lesmateriaal ter beschikking met audioverhalen, vragen en opdrachten die aansluiten bij de actualiteit van vandaag. Ook is er een herinneringsboek met de verhalen over de twaalf oorlogsslachtoffers. Sinds 5 mei 2024 zijn er twee wandelroutes vanuit het Vrijheidsbos: het Herdenkingspad en de Vrijheidsroute. Beiden zijn onderdeel van de Liberation Route Europe.
Symboliek voor 80 jaar vrijheid
Ter ere van 80 jaar Vrijheid wordt er een Canadese Esdoorn gepoot. Deze bevrijdingsboom staat symbool voor de samenwerking in het verzet tussen Geesteren, Borculo en omgeving.
Meer informatie vindt u op: www.vrijheidsbosgeesteren.nl


Monument James
Aan het einde van de oorlog wordt in de Eibergse buurtschap Mallem (De Posse) een wapendropping georganiseerd. Deze krijgt de codenaam ‘James’.
Een wapendropping vol risico’s
In de laatste week voor de bevrijding gebeurt daar iets dat voor de betrokkenen niet alleen heel spannend maar ook ontzettend gevaarlijk is. Op 27 maart 1945 worden er wapens gedropt. Deze wapens zijn bedoeld voor het verzet in Enschede en Haaksbergen, Gewest Twente. De dropping gebeurt dicht bij een Duitse uitkijkpost op de watertoren, op minder dan anderhalve kilometer afstand. Plotseling opkomende dikke mist beneemt dan het zicht van en naar de watertoren. Twee keer komt de zware bommenwerper over om de containers af te werpen die aan gekleurde parachutes zijn bevestigd. Het wegvoeren van de containers gaat moeizaam en het uitwissen van de sporen blijkt een behoorlijke klus. De grote schrik komt later op de ochtend wanneer een voorbijganger iets vreemds liggen achter een bosje. Hij waarschuwt de Duitsers. Het blijkt een container te zijn met radioapparatuur.
Gelukkig loopt het met een sisser af
De Duitsers hebben wel wat anders aan hun hoofd die laatste oorlogsdagen. Het geallieerde leger staat namelijk voor de grens, en bevrijd een dag later als eerste dorp Megchelen in de Achterhoek. Veel mannen uit het ondergrondse verzet sluiten zich daar even later bij aan als burgerleger National Dutch Battalion.
Voor de gehele operatie van de droppings: inpakken, vliegen, droppen, opvangen, transporteren, verstoppen en verdelen, waren vele handen nodig met een groot risico voor het eigen leven.
Bron: http://www.oorlogsbronnen.nl/thema/Wapendropping%20bij%20Eibergen

Monument James (de betonnen paal is afgegoten in een toenmalige afgeworpen koker, waarin de wapens zaten)

Joods Werkkamp De Zomp
Het werkkamp De Zomp in Ruurlo is gelegen aan de Koergerweg, een paar kilometer buiten het dorp aan de weg richting Borculo. Het kamp bestaat uit twee barakken en verder uit de woning van de kok met uitgebouwd de keuken, een kantine, een washok en een fietsenhok. Het kamp is in de jaren dertig in opdracht van de Nederlandse overheid gebouwd om werklozen in het kader van de werkverschaffing te huisvesten.
De functie van het kamp verandert
Tientallen van deze kampen in het land werden in 1942 ontruimd om plaats te maken voor Joodse mannen die vanwege anti-Joodse maatregelen werkloos zijn geworden. In Ruurlo moeten zij als dwangarbeiders dennen kappen en sloten graven in de bossen rond de Zelhelmseweg en de Hengeloseweg en de waterafvoer van het riviertje de Slinge verbeteren. In de loop van dat jaar wordt het regime strenger.
Een verzamelplaats voor deportatie
Bij alleen tewerkstelling van de joodse medeburgers bleef het echter niet. De kampen waren in feite verzamelplaatsen van waaruit men later naar Westerbork, de voorhaven voor deportatie naar de vernietigingskampen gestuurd werd.
De ontruiming van kamp De Zomp
In de nacht van 2 op 3 oktober 1942 wordt het kamp omsingeld door de Ordnungspolizei. De volgende ochtend worden de Joodse mannen via het station in Ruurlo naar Westerbork vervoerd. Vandaar worden zij al snel gedeporteerd naar de vernietigingskampen in Oost-Europa. Het grootste deel van de ruim 100 Joodse mannen uit kamp De Zomp wordt daar vermoord. Slechts een paar mannen keren terug.
De besluitvorming achter de Joodse werkkampen
Het besluit om joodse werkkampen in te richten werd op 10 oktober 1941 genomen door de Duitse rijkscommissaris Seyss-Inquart. De joodse raad, onder leiding van prof. dr. D. Cohen en A. Asscher, ging er mee akkoord werkeloze joden naar het noorden en oosten van Nederland te sturen.
