(Amsterdam, 1925)

lid 1ste compagnie DNB

Niemand weet dat hij Joods is

Moshe Boas Berg is 17 jaar en reist in 1942 als Cor Buys per trein vanuit Alkmaar naar Aalten, waar hij onderduikt. Moshe werkt overdag op de boerderij van de familie Luiten en verstopt zich ’s nachts met andere onderduikers in het bos.

Iedereen denkt dat ‘Cor’ gereformeerd is. Op zondag 30 januari 1944 arresteert de SS Moshe samen met ruim 45 andere jonge mannen tijdens de razzia in de Aaltense Westerkerk. Vier maanden zit hij in Kamp Amersfoort. Nog steeds weet niemand dat hij Joods is. Hij gaat per trein op transport naar Bocholt met andere gevangenen.

Het lukt het hem daar samen met Bruin Noordam te ontsnappen. Ze lopen naar Suderwick, waar familie van Luiten woont, die hen de grens overbrengt. Bruin Noordam kan terug naar Ligterink in Barlo. Moshe vindt eerst plek op ‘Het Bokkel’ en vanaf oktober in Lintelo. Hij heeft daar goed contact met andere onderduikers in de omgeving die zich samen voorbereiden op het steunen van de bevrijders.

Direct op de dag van de bevrijding sluit Moshe zich aan bij de Binnenlandse Strijdkrachten en vervolgens bij het Dutch National Battalion waar hij ingedeeld wordt in de 1ste compagnie.

Moshe trouwt na de oorlog, woont in Apeldoorn en krijgt zes kinderen. In mei 1973 emigreert hij naar Israël waar hij groenteteler en later yogaleraar wordt. Altijd blijft hij zoeken naar waarheid en oplossingen voor in de wereld.

Moshe Boas Berg overlijdt in 2012.

Moshe Boas Berg alias Cor Buijs